6 vragen aan Sacha Ros
6 vragen aan Sacha Ros (beleidsmedewerker gemeente Heemskerk, Aandacht functionaris huiselijk geweld en kindermishandeling en trainer bij Bewindsupport van de cursus financieel misbruik ouderen (voorheen voorzitter lokale alliantie Zaanstreek-waterland/HAL gemeente en bewindvoerder, mentor en manager bij Fidinda (financiële zorggroep)
- Wat maakt het werken voor ouderen voor jou zo boeiend/ speciaal?
Het werken voor ouderen is voor mij bijzonder omdat het een kwetsbare groep betreft die vaak veel levenservaring en wijsheid heeft. Wat het voor mij speciaal maakt, is dat elke oudere een uniek verhaal heeft en het een eer is om daarin mee te mogen denken en te ondersteunen, vooral wanneer zij zich kwetsbaar voelen. Ik vind het ook boeiend dat je vaak samenwerkt met meerdere partijen, zoals mantelzorgers, hulpverleners en vrijwilligers, om een integraal en plan te maken dat echt aansluit bij zoveel mogelijk de wensen van de oudere. Het contact met ouderen geeft me veel voldoening, omdat ik merk dat ik echt verschil kan maken, soms op kleine maar betekenisvolle manieren.
- Wat is het schrijnendste wat je ooit hebt meegemaakt/gehoord met deze doelgroep?
Het schrijnendste wat ik ooit heb meegemaakt is het verhaal van een oudere vrouw die jarenlang financieel misbruikt werd door iemand uit haar naaste omgeving. Deze persoon was destijds klant bij mijn cliënt, zij had een boekwinkel had. Nadat mijn cliënt haar boekwinkel had verkocht, kreeg deze klant steeds intensiever contact met haar. Naarmate zij cognitief achteruitging, ontfermde hij zich steeds meer om haar. Zij kreeg echter niet de zorg die ze nodig had, omdat de pleger zoveel mogelijk mensen buiten de deur hield om het misbruik te verbergen. De impact was enorm: uiteindelijk moest zij worden opgenomen in een zorginstelling en had ze geen financiële middelen meer voor kleine dingen, zoals een bezoek aan de kapper, terwijl zij altijd een zeer verzorgende vrouw was geweest. Dit soort situaties raken me diep, omdat vertrouwen en veiligheid zo fundamenteel zijn – en juist die worden zo zwaar beschaamd.
- Welk succes heb je gehad in de aanpak van ouderenmishandeling (casus en/of beleidsniveau)?
In mijn rol als wettelijk vertegenwoordiger heb ik dat ervaren: ik begeleidde een oudere vrouw bij wie haar kleinzoon na een problematische scheiding was komen inwonen. Hij had zijn baan opgezegd, zag zijn kinderen niet meer, en de enige uitweg die hij zag was de AOW van zijn oma. Door meerdere gesprekken met zowel mijn cliënt als de kleinzoon aan te gaan en hem in contact te brengen met passende hulpverlening, konden we het financiële misbruik stoppen. De situatie stabiliseerde en er kwam weer rust in huis. Ook als trainer geeft het me voldoening wanneer ik professionals kan helpen om signalen van ouderenmishandeling te herkennen, te weten hoe ze moeten handelen en met wie ze kunnen samenwerken om tijdig het verschil te maken voor een kwetsbare oudere.
- Welk thema binnen oudermishandeling heeft jouw grootste interesse en waarom?
Mijn grootste interesse ligt bij financieel misbruik. Dat komt waarschijnlijk doordat ik in mijn rol als bewindvoerder regelmatig situaties van financieel misbruik ben tegengekomen. Het is een vorm van mishandeling die vaak verborgen blijft, maar grote gevolgen heeft voor het welzijn en de waardigheid van ouderen. Wat ik vooral belangrijk vind, is om in te zetten op preventie: ouderen tijdig informeren en met hen het gesprek aangaan over hoe je financieel veilig ouder kunt worden. Het onderwerp moet bespreekbaar worden, zodat mensen zich kunnen voorbereiden en weten waar ze terechtkunnen voor steun. De informatiebox ‘Financieel Veilig Ouder Worden’ draagt hieraan bij en is bedoeld voor ouderen die zich op financieel gebied willen voorbereiden op de toekomst.
- Wat is jouw grootste wens als het gaat om de aanpak van oudermishandeling?
Mijn grootste wens voor de aanpak van ouderenmishandeling is eigenlijk meervoudig. Allereerst hoop ik dat ouderenmishandeling net zo vanzelfsprekend bespreekbaar wordt als kindermishandeling – dat het geen taboe meer is. Ik denk hierbij aan het belang van vroegtijdig signaleren. Een mooi voorbeeld is een wijkverpleegkundige die bij elk intakegesprek standaard vraagt aan ouderen hoe het met hun financiën gaat, of zij die zelf beheren, of dat anderen veel beslissingen voor hen nemen, en vooral hoe zij zich daarbij voelen. Door deze simpele, gerichte vraag ontdekte een oudere vrouw dat haar eigen zoon zonder haar toestemming geld liet overmaken. Daarnaast wens ik dat er structureel meer wordt geïnvesteerd in preventie, scholing en samenwerking. Het is zo belangrijk dat professionals die met ouderen werken, goed worden getraind in het herkennen van signalen van mishandeling en weten hoe ze kunnen handelen. Die combinatie van openheid, preventie en goede samenwerking zie ik als de sleutel om ouderen echt te beschermen en ervoor te zorgen dat zij veilig en waardig oud kunnen worden.
- Wat is een van de punten die echt verder opgepakt moet worden of verder ontwikkeld moet worden?
Er is nog veel winst te behalen in de preventie en voorlichting rondom ouderenmishandeling, vooral gericht op professionals die regelmatig contact hebben met ouderen. Deze groep speelt een sleutelrol in het vroegtijdig signaleren van problemen, maar beschikt nog niet altijd over voldoende kennis of ondersteuning om effectief in te grijpen. Daarnaast is het noodzakelijk om de samenwerking tussen alle betrokken partijen verder te verbeteren en uit te bouwen. Hierdoor kunnen signalen sneller worden herkend en kunnen ouderen sneller en adequater geholpen worden. In dit verband vind ik het oprichten van lokale allianties van groot belang. Zo’n netwerk, waarin publieke en private partijen samenwerken, zorgt ervoor dat de aanpak van ouderenmishandeling beter op elkaar wordt afgestemd en effectiever wordt uitgevoerd. Door korte lijnen te hanteren, regelmatig informatie en signalen uit te wisselen en casuïstiek te bespreken, zijn we beter in staat kwetsbare ouderen te beschermen.