Uit de praktijk van Tom (VT Rotterdam_Rijnmond)
Ik ben Sjanie. Ik ben 79. Mijn man is helaas een aantal jaren geleden overleden. Ik loop moeilijk, heb hartklachten, maar ik ben nog goed bij.
Ik heb mijn zoon weer in huis genomen toen hij zijn huur niet meer kon betalen en hij nog meer schulden had. Ik kon hem toch niet op straat laten staan. En het was toch ook wel fijn. Mijn man was net overleden, we hadden verdriet dat we samen konden delen. Ook hielp hij me met boodschappen doen.
Hij had geen geld. Ik betaalde zijn schulden van mijn spaargeld. Hij beloofde me werk te zoeken en alles terug te betalen.
Na verloop van tijd werd mijn zoon steeds bozer; hij had geen werk, hij verveelde zich. Ik zag dat hij steeds vaker veel bier kocht en hij ging, net als vroeger, blowen. Ik wilde dit niet in mijn huis. Hier kregen we vaak ruzie over.
Op een gegeven moment was ik mijn pinpas kwijt en die vond ik in zijn slaapkamer. Hij bleek zonder mijn toestemming geld te hebben gepind. Hij wist mijn pincode; ik gaf hem mijn pas weleens mee voor de boodschappen.
Toen ik hem aansprak werd hij ineens zo boos, dat ik er bang van werd. Hij schopte me keihard tegen mijn been. Ik had een enorme blauwe plek. Ik schaamde me ervoor. Wat had ik verkeerd gedaan? Mijn zoon schaamde zich ook en bood zijn excuses aan. Het ging daarna eerst echt beter tussen ons.
Mijn zoon werd weer steeds bozer. Ik werd uitgescholden. Niets was goed. Het eten, de tv stond te hard, ik was te lang in de badkamer. Mijn zoon ging steeds meer alcohol en drugs gebruiken. Ik werd bang van mijn zoon, merkte ik. Maar ik hield het vol!
Tot het moment dat ik ontdekte dat mijn zoon sieraden van mij, die ik van mijn moeder heb geërfd, verkocht had om alcohol en wiet te kunnen kopen. Ik heb gezegd dat hij nu echt te ver was gegaan en dat hij moest vertrekken. Mijn zoon kreeg een soort waas voor zijn ogen en sloeg me in mijn gezicht en schopte me. Ik was doodsbang. Daarna vertrok hij gelukkig en heb ik de politie gebeld om aangifte te doen …….tegen mijn eigen kind! Wat erg vond ik dat.
Mijn zoon werd opgepakt en kreeg een huisverbod van 28 dagen. Ik hoopte dat hij hulp zou krijgen, maar hij hield alles af. Hij zwierf op straat.
Ik was bang dat hij na 28 dagen weer bij me zou komen. En het opnieuw mis zou gaan. En ik wilde hem niet langer op straat laten leven.
Ik heb toen samen met mijn broer een plan gemaakt. Ik zou stiekem vertrekken! Want dit wilde ik niet meer! Mijn zus, die in een andere provincie woont, wist dat er een appartement beschikbaar was in haar flat. Ik kon dat huis direct krijgen! Samen met mijn broer en een neef heb ik al mijn spullen ingepakt en zij hebben mij verhuisd. Ik heb vreselijk gehuild dat ik mijn zoon in de steek liet maar ik moest!
De dag dat het huisverbod afliep heb ik hem gebeld. Ik heb hem verteld dat ik weg ben en hij niet meer in het huis kan. En dat hij voor zichzelf moet zorgen en hulp moet accepteren. Daarna heb ik de verbinding verbroken. En mijn hart….
Een paar maanden later werd ik gebeld door een hulpverlener van een verslavingszorg organisatie die me vertelde dat mijn zoon daar opgenomen was-vrijwillig- en graag met me wilde praten. Hij had veel spijt, had zich vrijwillig laten opnemen en was nu een tijdje van de alcohol en drugs af. Hij was zelfs aan een opleiding begonnen. Hij miste me!
Met zijn hulpverleners erbij heb ik hem ontmoet in een restaurant. Dat was een moeilijk moment voor ons allebei. Mijn zoon doet zijn best zijn leven te beteren. Ik heb weer contact maar houd hem op afstand.
Mijn broer zegt dat hij me zo moedig vindt dat ik deze stappen heb gezet om het geweld te stoppen en voor mezelf te kiezen. Eigenlijk heeft hij gelijk!
IIk heb recht op een veilig en prettig leven! U toch ook?